Proza en beeld zijn evenwaardig in mijn werk en werken meestal samen. Een intuïtief samengesteld archief ligt hier ten grondslag aan. Ik verzamel notities van belevenissen, observaties van alledag en aansluitende feitelijke informatie die ik vind in de actualiteit. Soms is een notitie een foto. Objecten, tekeningen en gedichten die voortkomen uit het archief zijn als relikwieën. Ze huizen een idee, gedachte of emotie omtrent de thematiek van mijn werk. Het zijn daarom allerlei aanverwante zaken.
Het onherleidbare aspect van de ander speelt in de thematiek een rol. Het is het principe dat je voor de ander altijd de ander bent. Uitgaande van een verwondering over het perspectief van de ander, weet ik zeker dat onze werelden elkaar ergens zullen raken.
Het gesprek is onze enige remedie tegen vreemden. Hoe wij elkaar treffen in taal raakt me. Niet alleen om de toevallige poëtische waarde of de emotionele gelaagdheid ervan, maar ook vanwege het persoonlijke. We hechten, soms op een ongepaste manier, waarde aan correct taalgebruik. Terwijl taal bij uitstek een gepersonaliseerd instrument is.
Werk maken is een manier om te relativeren; door relatie te vinden tussen de dingen, de mensen en de gebeurtenissen en te omarmen dat wij allemaal een product zijn van oorzaak en gevolg.
De behoefte om iets tot uiting te brengen: een idee, gedachte of emotie kent vaak een kortstondige urgentie waardoor het materiaal waarin het wordt uitgevoerd binnen handbereik moet zijn.
28-08-2023
Momenteel verdiep ik mij in mijn eigen kunstenaarspraktijk middels de Makersregeling van Gemeente Den Haag.
